Zorg
Dyslexie
Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen in de automatisering van de woordidentificatie (lezen) en/ of schriftbeeldvorming (spellen).
Door de invoering van het passend onderwijs valt per 1 januari 2015 de dyslexiezorg onder de Jeugdwet. Dit betekent dat de dyslexiezorg niet meer door de zorgverzekeraar georganiseerd en gefinancierd wordt, maar door de gemeente. Voor het verkrijgen van een dyslexieverklaring en eventueel behandeling zijn verschillende stappen nodig: signaleren, begeleiding, onderzoeken en verdere hulp.
Mogelijke signalen voor ouders en leerkrachten:
- De leerling heeft al in een vroeg stadium problemen met het onthouden van bijvoorbeeld namen, kleuren en versjes.
- De leerling heeft moeite met het herkennen van klanken (fonemisch bewustzijn).
- De leerling draait soms letters en cijfers om.
- Na intensieve training is er geen of nauwelijks vooruitgang op het gebied van lezen en spellen.
- Het niveau van lezen en spellen kan na een vakantie lager dan voor de vakantie.
- De leerling verwerkt informatie langzamer dan leeftijdgenoten.
- De leerling heeft soms moeite om op woorden te komen.
- De leerling heeft moeite met het automatiseren van optellen, aftrekken en tafels.
- Dyslexie komt bij meer familieleden voor.
Als lees/spellingsproblemen zijn gesignaleerd zal de school uw kind extra ondersteunen. De manier waarop dit gebeurt kan verschillen: groepsleerkrachten kunnen de begeleiding verzorgen, maar ook een remedial teacher of tutor kan hiervoor worden ingezet.
Als uw kind minimaal anderhalf jaar leesonderwijs heeft ontvangen en na intensieve begeleiding van minstens een half jaar blijkt dat er onvoldoende vooruitgang is geboekt, dan is doorverwijzing naar meer gespecialiseerde zorginstantie aan de orde. Het schooldossier dient aan te tonen dat de vermoedens van dyslexie gegrond zijn en dat er voldoende extra hulp geboden is. In dat geval vindt er vergoede diagnostiek plaats door een gekwalificeerde zorgaanbieder*, gecontracteerd door de gemeente. Een dergelijk onderzoek omvat naast de didactische toetsen die de interne begeleiders op school afnemen, een intelligentieonderzoek en een aantal specifieke toetsen rond informatieverwerking en het geheugen. Als dyslexie wordt vastgesteld dan krijgt een leerling een dyslexieverklaring.
Ongeacht de uitkomst van het onderzoek blijft de school verantwoordelijk voor ondersteuning en begeleiding van alle kinderen met dyslexie. Alleen als er sprake is van ernstige enkelvoudige dyslexie komt uw kind in aanmerking voor 45 tot 60 behandelingen van een zorgaanbieder. Naast deze behandelingen krijgt uw kind huiswerk mee. Het is van essentieel belang dat zowel ouders als school nauw betrokken zijn bij de behandeling.
Ondanks de dyslexieverklaring komen niet alle kinderen in aanmerking voor specialistische zorg buiten school. Wel hebben ze recht op de compenserende en dispenserende maatregelen die geboden kunnen worden binnen school. In overleg met de leerkracht, ouders en leerling worden de maatregelen ter verlichting en compensatie schriftelijk vastgelegd in een persoonlijk ‘dyslexie-protocol’.
Voorbeelden van dispenserende en/of compenserende maatregelen bij een dyslexieverklaring op spellinggebied:
- Extra (verlengde) instructie.
- Stellen op de computer.
- Spellingscontrole gebruiken op de computer.
- Minder maken van de taallessen, en/of dit mondeling afmaken met een leerling.
- Bij zinnendictees alleen de dikgedrukte woorden opschrijven.
- Visuele ondersteuning van de spellingregels.
- Regelmatig gesprekken voeren met de leerling.
- Werkstukken van Topondernemers voorbereiden met de leerling. Tekst in het klad wordt meteen op de computer getypt.
- Schrijftaak verlichten.
- Spellingfouten negeren/gedifferentieerd beoordelen (bijv. bij topografie/Engels)
Voorbeelden van dispenserende/compenserende maatregelen bij een dyslexieverklaring op leesgebied:
- Voorlezen van een tekst door leerkracht of medeleerling. Dit geldt niet voor teksten van het Cito begrijpend lezen.
- Makkelijke boeken die qua inhoud aansluiten bij de leeftijd/interesse van de leerling.
- Extra leestijd.
- Extra (verlengde) instructie.
- Geheugensteuntjes (visueel).
Voor de afname van Citotoetsen bij dyslectische leerlingen kunt op deze site van het Cito kijken.
Hoofdbehandelaars werken volgens het Protocol Diagnostiek en Behandeling 2.0. De volgende beroepsgroepen zijn bevoegd om de behandeling uit te voeren:
- Een BIG geregistreerd gezondheidspsycholoog,
- een NIP geregistreerd kinder- en jeugdpsycholoog en
- een NVO-geregistreerd orthopedagoog- generalist.
Als medebehandelaar kunnen een basispsycholoog en /of orthopedagoog en logopedist betrokken worden.
Kinderen met begaafdheidskenmerken
Wij bieden passend onderwijs aan kinderen met begaafdheidskenmerken. Een van onze leerkrachten is specialist op dit gebied. Wanneer een kind meer aan kan geven wij zoveel mogelijk verdieping binnen de groep. De reken- en taalmethode bieden extra materiaal in de vorm van een plus(werk)boek. We gebruiken werkboeken van Kien, Rekentijgers en Ajodact om ons onderwijs te verrijken. Alle kinderen doen mee met de instructie. Begaafde kinderen hebben minder herhaling nodig, we compacten de inoefening, waardoor meer tijd overblijft voor verrijkingsstof.
In schooljaar 2024-2025 gaan we ons aanbod optimaliseren. We gaan in kaart brengen wat ons aanbod is op de verschillende zorgniveaus en gaan dit opnieuw vormgeven.
Leerlingvolgsysteem
Digikeuzebord
In groep 1/2 wordt de ontwikkeling van uw kind gevolgd met behulp van de leerdoelen van het Digikeuzebord.
Leerling in Beeld (Cito)
Vanaf groep 3 wordt de ontwikkeling door middel van het Cito Leerling in Beeld Systeem gevolgd. Dit geeft ons betrouwbare informatie over de vorderingen van leerlingen als individu en van de groep als geheel. Bovendien krijgen we zo inzicht in de kwaliteit van het onderwijs op school. Deze toetsen worden door de leerkrachten en intern begeleiders geanalyseerd. Indien nodig wordt er door de leerkracht een handelingsplan of groepsplan gemaakt. Als een kind op een ander leerniveau functioneert dan de rest van de groep, worden de toetsen op functioneringsniveau afgenomen.
De Cito toetsen worden 2 keer per jaar afgenomen; in de periode half januari/half februari en in de periode half mei/half juni.
Bij het tweede en derde rapport van uw kind ontvangt u een uitdraai van het Cito LOVS, waarin u het niveau en de groei per vakgebied van uw kind kunt zien.
Doorstroomtoets
In groep 8 maken de kinderen in februari de Centrale Doorstoomtoets Leerling in Beeld. Uit deze toets volgt een schooladvies voor het Voortgezet Onderwijs dat wij gebruiken bij het maken van het definitieve advies.
Ondersteuningsprofiel
In het schoolondersteuningsprofiel leggen we vast hoe we de ondersteuning van leerlingen invullen.
In dit document staat wat de basisondersteuning is, maar ook wat de extra ondersteuning is die de school kan bieden met hulp van het samenwerkingsverband.
SchoolondersteuningsprofielOuder-kind adviseur
Onze ouder-kind adviseur (jeugdhulpverlener) vanuit de gemeente Aalsmeer/Amstelveen is Thea de Weerd. Zij kan meedenken over ondersteuning in het gezin, onderzoeksvragen of andere zaken die te maken hebben met de thuissituatie en/of opvoeding.
Zij stelt zich hieronder aan u voor:
Mijn naam is Thea de Weerd. Ik ben jeugdhulpverlener bij de gemeente Amstelveen en Aalsmeer. U kunt mij vinden op verschillende scholen, zo ook op de Oosteinder. Ik denk graag met u mee over alle vragen die u kunt hebben over de ontwikkeling en/of de opvoeding van uw kind(eren). U bent altijd welkom om contact met me op te nemen via onderstaande link.
Als u uw vraag heeft ingediend via de website, zal daarna een gesprek volgen. Dit gesprek kan op school plaatsvinden.
Jeugdhulp aanvragen kan via deze link: Jeugdhulp aanvragen | Gemeente Aalsmeer of Jeugdhulp aanvragen | Gemeente Amstelveen
Samenwerkingsverband
Sinds augustus 2014 valt onze school onder het samenwerkingsverband Amstelronde Passend Onderwijs. Amstelronde werkt aan passend onderwijs voor alle kinderen van vier tot twaalf jaar in de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Ouder-Amstel en Uithoorn.
Meer informatie hierover vindt u op de website van Amstelronde
De ondersteuningsroute is hier terug te vinden.
De meeste leerlingen doorlopen probleemloos en met goede resultaten de basisschool. Voor sommige kinderen is meer hulp nodig: bijvoorbeeld om zich goed te concentreren of om de rekenles te begrijpen. Het is de verantwoordelijkheid van de leerkracht en de school om de leerlingen die dat nodig hebben extra aandacht en begeleiding te geven. Dit noemen we basisondersteuning. Voor enkele kinderen biedt deze basisondersteuning nog niet genoeg. Zij hebben bijvoorbeeld specifieke onderwijsbehoeften op het gebied van leren of gedrag. Voor hen moeten speciale maatregelen worden getroffen om passende ondersteuning te realiseren. De onderwijsspecialist van Amstelronde denkt dan met school en ouders mee, tijdens een ondersteuningsteambijeenkomst welk (tijdelijk) onderwijsarrangement het beste is. Dit noemen we extra ondersteuning. In eerste instantie wordt gewerkt met extra ondersteuning in de groep en op school. Wanneer dat niet voldoende blijkt te zijn, kan in overleg tussen Amstelronde, school en ouders worden besloten dat een school voor speciaal (basis)onderwijs een meer passende plek is.
Kinderen kunnen vanaf hun vierde jaar naar school. Voordat het zover is, vindt een kennismakingsgesprek plaats met de directeur. Ongeveer twee maanden voor plaatsing wordt aan ouders van een kind van groep 1/2 een formulier toegestuurd waarin de school extra informatie over het kind vraagt ten aanzien van zijn of haar ontwikkeling. Als daar aanleiding voor is wordt er contact opgenomen met de ouders voor meer informatie. Eventueel worden ook andere instanties, bij wie het kind bekend is, benaderd. Als kinderen met specifieke onderwijsbehoeften worden aangemeld bij De Oosteinder, zal er per kind bekeken worden of onze school de ondersteuning die het kind nodig heeft, kan bieden.. Als duidelijk is dat uw kind beter tot zijn of haar recht komt op een school voor speciaal (basis) onderwijs, gaan wij samen de Amstelronde specialist en u op zoek naar een passende onderwijsplek.
Soms komen kinderen van een andere basisschool naar De Oosteinder. In dat geval nemen wij altijd contact op met de school waar de leerling vandaan komt. Voordat wij besluiten of we uw kind toelaten, kunnen wij enkele toetsen afnemen om het niveau van dat moment te bepalen. Wanneer een kind specifieke ondersteuning nodig heeft, wordt gekeken of De Oosteinder die ondersteuning in voldoende mate kan bieden. De school besluit of het kind kan worden toegelaten. In overleg met de intern begeleider wordt gekeken in welke groep het kind het best geplaatst kan worden.
Sociale veiligheid
Wij vinden het erg belangrijk dat kinderen zich veilig voelen op school en in de klas. Groepsvorming is een vast onderdeel van ons onderwijs. Elke leerkracht zet doelbewust groepsvormende activiteiten in om een positief groepsklimaat te bewerkstelligen en te bewaken.
Sociale vaardigheden
In elke klas wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van de sociale vaardigheden. In groep 1/2 gebeurt dit aan de hand van een thema. Daarnaast werken we met PAK-kaarten (pedagogische aanpakkaarten). Deze kaarten zijn terug te zien in de klas en worden regelmatig besproken met de leerlingen.
Pesten op school
Pesten komt op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en serieus aanpakken. Wanneer kinderen zich gepest voelen kunnen ze dit aangeven bij de leerkracht of via een briefje in de brievenbus. Dit briefje komt bij het aanspreekpunt pesten (tevens onze gedragsspecialist) terecht. Zij kan de leerkrachten ondersteunen bij de aanpak en individuele kinderen begeleiden wanneer dit nodig is.
Monitor sociale veiligheid
Wij monitoren de sociale veiligheid bij de leerlingen van groep 3 t/m 8. Hiervoor gebruiken we de leerlingmonitor van Kiva. De vragenlijst wordt 2x per jaar afgenomen, een sociogram is onderdeel van deze vragenlijst. De resultaten worden geanalyseerd door de gedragsspecialist, het zorgteam en de leerkrachten. Het tweede afnamemoment wordt ook als evaluatie gebruikt.
Steunpunt voor ouders
Ouders en jongeren met vragen over passend onderwijs kunnen terecht bij Steunpunt Amstel & Meer.
Dit ouder- en jeugdsteunpunt heeft drie belangrijke taken op het gebied van passend onderwijs: informeren, steunen en signaleren. Ouders en jongeren vinden op de website het antwoord op vragen over passend onderwijs en kunnen contact opnemen met medewerkers voor advies. Ook heeft het steunpunt een signaleringsfunctie om de ondersteuning in de regio te blijven verbeteren.
Steunpunt Amstel & Meer is er voor ouders en kinderen uit de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Haarlemmermeer, Ouder-Amstel en Uithoorn. Het is een initiatief van de samenwerkingsverbanden Amstelronde, Passend Onderwijs Haarlemmermeer en SWVAM.
Bekijk de website: www.amstelenmeer.nl
Voorgezet onderwijs
Als uw kind in groep 8 zit, gaat het volgend schooljaar de Oosteinder verlaten. Uw kind gaat dan naar een school voor voortgezet onderwijs (VO). Samen met uw kind gaat u een school zoeken die bij uw kind past. Eind groep 7 is er een informatieavond gepland over het VO-traject, deze avond krijgt in november van groep 8 een vervolg.
Basisschooladvies
Tijdens de rapportavonden van de groepen 7 en 8 zullen de leerkrachten met u spreken over welk niveau van voortgezet onderwijs het meest geschikt is voor uw kind. De leerkrachten zullen aangeven welk niveau wij als school het beste vinden passen bij uw kind. Ook horen we graag wat de ouders vinden van dit advies. Zo willen we tot een juiste keuze komen.
Hoe komen wij als school tot dit basisschooladvies?
Al vanaf groep 1/2 volgen wij uw kind op de voet. Zo volgt de leerkracht onder meer de sociaal emotionele ontwikkeling en de cognitieve ontwikkeling van uw kind. Op het gebied van de sociaal emotionele ontwikkeling kunt u denken aan hoe het zelfvertrouwen van uw kind is, hoe het contact met andere leerlingen of met de leerkracht is. Hoe goed uw kind kan samen spelen of samenwerken met andere kinderen. Of uw kind doorzettingsvermogen heeft, zich goed kan concentreren, gemotiveerd is en belangstelling heeft.
Op het gebied van de cognitieve ontwikkeling kunt u denken aan hoe uw kind de toetsen heeft gemaakt die bij de methode horen. Of uw kind extra hulp krijgt voor bepaalde vakken of dat uw kind juist extra uitdaging nodig heeft voor een bepaald vak. Deze informatie vindt u op het rapport van uw kind.
Ook de Cito Leerling in Beeld toetsen, die twee keer per jaar worden afgenomen, geven een beeld van de cognitieve ontwikkeling van uw kind. Een overzicht van deze toetsen krijgt uw kind altijd met het 2e en 3e rapport mee. Daarnaast kijken we ook hoe uw kind omgaat met huiswerk. Maakt en leert uw kind het huiswerk regelmatig en gemakkelijk of juist niet.
Alle informatie, die door de schooljaren heen van uw kind is verzameld, wordt aan het einde van groep 7 naast elkaar gelegd. Per kind kijken de leerkrachten van groep 7 dus niet alleen naar hoe het rapport van uw kind is en hoe uw kind de Cito toetsen heeft gemaakt, maar ook naar de sociaal emotionele ontwikkeling (het profiel) van uw kind.
Alle leerlingen worden door de leerkrachten met de IB-ers (intern begeleiders) en de directie besproken. Na dit overleg komen wij tot een indicatie advies waarvan de school vindt dat dat bij uw kind past. Dit advies wordt met u besproken op de 3e rapportavond in juni. Op de 1e rapportavond in groep 8 krijgt u het verwachte advies. Na de Doorstroomtoets krijgt u van school het definitieve advies.
Bij het bepreken van het advies gebruiken we het volgende schema: Opbouw advies pijlenschema
Het voortgezet onderwijs
In januari en februari zijn de open dagen van de scholen voor voortgezet onderwijs. De data hiervan staan op de website van de scholen en in de schoolkeuzegids, die de ouders van de kinderen in groep 8 thuis krijgen, vermeld. De scholen organiseren naast de open dagen ook ‘lesjesmiddagen’ voor de kinderen.
Het voortgezet onderwijs hecht veel waarde aan het basisschooladvies. Zij geven aan dat dit advies bindend is. De school voor voortgezet onderwijs waar uw kind zich ingeschreven heeft, laat u zelf weten of uw kind is toegelaten. Deze school wil graag ter aanvulling van het advies, de gegevens van de Cito toetsen ontvangen, die uw kind op de basisschool in groep 6, 7 en 8 heeft gemaakt. Deze sturen wij met de overdrachtsinformatie op aan de school voor voortgezet onderwijs waar uw kind is ingeschreven. Voordat we deze gegevens opsturen, kunt u deze informatie op school inzien. Verder wil de school waar uw kind zich ingeschreven heeft ook graag de score van de Doorstroomtoets ontvangen, die uw kind in februari maakt.
Kernprocedure in de regio Amstelland en De Ronde Venen
De Oosteinder heeft samen met scholen uit de omgeving afspraken gemaakt over de aanmelding en inschrijving op scholen voor voortgezet onderwijs. Deze afspraken zijn vastgelegd in de zogenaamde ‘Kernprocedure’. Meer informatie hierover kunt u vinden in de schoolkeuzegids.
Zorgniveaus
In onderstaand document vindt u een overzicht van de zorgniveaus. Onderaan het document staat een begrippenlijst.
Zorgteam
Het zorgteam bestaat uit drie intern begeleiders (IB’ers), een orthopedagoge en de directie. IB staat voor Interne Begeleiding. De IB’ers op onze school zijn; Bernadette Blom, Marlies van Bruggen en Karin Veerhuis.
Liesbeth Zeldenthuis sluit vanuit de directie aan bij het zorgteam.
Binnen de stichting is de orthopedagoge Leonore Melkert werkzaam. Zij ondersteunt het zorgteam en is aanwezig bij het wekelijkse zorgoverleg.
De intern begeleiders zijn coördinatoren van alle activiteiten die met zorgverbreding en zorgbeleid te maken hebben. Zoals:
- vormgeven van beleid (ontwikkelen, uitvoeren en evalueren);
- aansturen van veranderingen;
- begeleiden en coachen van leerkrachten;
- verspreiden van actuele informatie en kennis in de school;
- begeleiden van het team;
- bewaken en bevorderen van de kwaliteit van de opbrengsten;
- onderhouden externe contacten.